Inhoud
1. Zielheil
2. Samen rouwen
'Niemand leeft voor zichzelf
niemand sterft voor zichzelf
wij leven en sterven voor God de heer
aan hem behoren wij toe'
1. Zielenheil
Bij Allerzielen worden de overledenen in gebeden herdacht. Door voor de zielenheil van de geliefde overledenen in het vagevuur te bidden, konden 'aflaten' verdiend worden. Zo kwamen de familieleden, vrienden en kennissen eerder in de hemel en werden ze eerder verlost uit het vagevuur. Vroeger dacht men namelijk in hemel, hel en vagevuur. Was je een goed mens geweest, dan kwam je in de hemel en hoefde er niet meer voor je gebeden te worden. In de hel was er toch geen redden meer aan, daar kwam je nooit meer weg. Maar in het vagevuur, waar kleine zondaars zaten, kon bidden helpen, zodat je alsnog naar de hemel mocht.
Allerzielen valt tegenwoordig op 2 november. De gelovigen herdenken de overleden medegelovigen die in het vagevuur verblijven. Allerzielen werd waarschijnlijk in 1008 voor het eerst gevierd in Luik. De viering verspreidde zich daarna in zuidelijke richting en zou pas in de veertiende eeuw in Rome worden ingevoerd. Kardinaal en aartsbisschop Carolus Boromeus verplaatste Allerzielen van de oorspronkelijke datum 15 oktober naar 2 november.
Foto: Allerzielenviering, Ton Fischer
2. Samen rouwen
Met Allerzielen wordt niet alleen gebeden voor de zielenheil van de overledenen. Van tevoren worden de graven schoongemaakt. Men bezoekt de kerkhoven en plaatst gewijde kaarsen en witte bloemen, met name chrysanten, op de graven. Nog niet zolang geleden bakte men speciale koeken bij Allerzielen. Deze 'zielenkoeken' werden op 2 november gezamenlijk met de andere familieleden gegeten.
Tegenwoordig is Allerzielen heel populair. Mensen die een dierbare verloren hebben gaan naar het kerkhof. Daar is stemmige muziek en er wordt koffie en warme chocolademelk geserveerd. Iedereen krijgt een brandende kaars om op het graf of bij een gedenkteken te zetten. Op deze manier delen nabestaanden het verdriet met elkaar.
Bron: Ineke Strouken, Dit vieren wij (2017)